Cassoulet

home > recepten-uit-frankrijk > Cassoulet

Laat de bonen een hele nacht weken. Ververs het water de volgende dag. Kook de bonen met het zwoerd, het bouquet garni en 100 g ganzenvet gedurende 1 uur in gezouten water. Giet de bonen af en bewaar het vocht. Smoor intussen de saucijsjes in wat ganzenvet gaar zonder ze echt bruin te laten worden.
Snijd de stukken vlees in dobbelstenen en laat ze in wat vet goudbruin worden. Voeg wat water, zout en peper toe en laat het geheel 1/2 uur sudderen.
Haal het bouquet garni uit de pan en doe 3/4 van de bonen in een vrij grote schaal. Leg hierop de stukken vlees, de saucijsjes en de eendenbouten. Dek af met de rest van de bonen (tot 3 cm van de rand). Vul de schaal tot de rand met een mengsel van het kookvocht van de bonen en het braadvocht van het vlees. Strooi er een laagje broodkruim of paneermeel bovenop. Zet de schaal 2 uur in de op 150°C voorverwarmde oven. Direct serveren.





Ingrediënten voor 4 personen

Cassoulet is waarschijnlijk het beroemdste eenpansgerecht uit het zuidwesten van Frankrijk, oftewel de Languedoc en de omgeving van Toulouse. Het dankt zijn naam aan de aardewerken pot waarin het oorspronkelijk gestoofd werd. Deze pot, de casserole genaamd, lijk op een schaal doordat hij een een wijde opening heeft. Door die opening ontstaat er een groot oppervlak voor de korst, die kenmerkend is voor een goede cassoulet. Er zijn tal van variaties op deze beroemde schotel.

500 g witte bonen – 600 g varkensrug (schouder- of ribkarbonades) – 4 gekonfijte eendenbouten – 4 dunne saucijsjes – 200 g zwoerd – 200 g ganzenvet – 1 bouquet garni – zout en peper – broodkruim of paneermeel