bonbons

Bonbons
Bonbon (zoetigheid)

Allerlei soorten bonbons. Een bonbon, praline of praliné is een stuk zoetigheid met een chocoladelaagje omringd, dat verschillende vullingen kan hebben. Het meest gebruikelijk is een vulling op basis van noten, praline, of op basis van room, een ganache. Andere mogelijkheden zijn marsepein, noga of gedroogd fruit. Soms zijn bonbons gevuld met sterke drank, met name likeur.

Meer algemeen wordt er met praline of praliné een zoet voedselproduct bedoeld dat onder meer bestaat uit noten en gekookte suiker; denk hierbij bijvoorbeeld aan bepaalde chocopasta’s.

De bonbon is een specialiteit van België, en dan met name van de stad Brussel. In België wordt de naam bonbon evenwel weinig gebruikt. De courante benaming is praline. Enkele grotere Belgische merken zijn (Leonidas, Neuhaus, Godiva, Daskalides enz.) Ook in Nederland worden ambachtelijke bonbons gemaakt, bijvoorbeeld door Puccini, Unlimited Delicious en Pompadour.

Herkomst
Waarschijnlijk is Jean Neuhaus de bedenker van de bonbon. Hij was een Zwitserse apothekerszoon die in België een banketbakkerij was begonnen. Zijn familie maakte al jaren lang snoepjes met een medische werking. In 1912 maakte hij de eerste gevulde chocoladebonbon. Hij gaf hier de naam praline aan.

Er zijn echter aanwijzingen dat de kok van César de Choiseul du Plessis-Praslin, een maarschalk, minister en diplomaat onder Koning Lodewijk de veertiende, hem voor was. Hij maakte in de 17e eeuw al chocolades die mogelijk bonbons genoemd kunnen worden. Het woord Praline is mogelijk van zijn naam afgeleid.

Het woord Bonbon is aan het Frans ontleend. Het is een verdubbeling van Bon (“goed”). Overigens betekent bonbon in het Frans niet “bonbon” maar “snoepje”.

Bonbons maken
Om een gevulde bonbon te maken zijn grofweg twee methoden.

Met een vloeibare vulling: Eerst wordt warme chocola in een vorm gegoten. Wanneer de chocola gestold is, is hieruit een bakje ontstaan. Het heeft de vorm van de bonbon, maar dan ondersteboven. Dit bakje wordt gevuld met de vloeistof, bijvoorbeeld likeur. Hierna wordt het bakje afgedekt met een laagje gesmolten chocolade. Wanneer deze laag ook gestold is, is de bonbon klaar.
Met een zachte (gelaagde) vulling: Eerst wordt een platte laag chocola, van slechte enkele millimeters dik, gemaakt. Hier overheen wordt de vulling aangebracht. Dit zijn één of meerdere lagen. Nu wordt het geheel in blokjes (of een andere vorm) gesneden. De verschillende vormpjes worden overgoten met chocola en wanneer ook deze buitenste laag gestold is, zijn de bonbons klaar.
Eventueel kan nog een patroon of een versiering op de bonbon worden aangebracht met een andere kleur chocola.

Erg lekker zijn ook chocolade (slagroom)truffels.

Ook erg lekker zijn room- of chocolade fudge.

Luxe bonbons worden nog steeds ambachtelijk met de hand gemaakt, maar verreweg de meeste bonbons komen tegenwoordig uit een fabriek. Je kan ze ook zelf maken, erg leuk en ze zijn natuurlijk ook erg lekker. Op deze pagina een aantal erg lekkere recepten om het te proberen. Voor straks geniet ervan, en morgen weer gezond op !

Bonbons